Leer minder te piekeren


Piekeren leidt meestal tot niets en vaak voel je je er slechter door. Waarom doen we het dan toch? En hoe kun je leren minder te piekeren?

Twee soorten piekeren

Soms heb je redenen om je zorgen te maken. Dan is het logisch dat je het moeilijk van je af kunt zetten en gaat piekeren. Piekeren heeft in dit geval een functie: het wil het probleem oplossen. Piekeren zorgt er dan voor dat je het probleem van allerlei verschillende kanten bekijkt waardoor een oplossingsrichting ontstaat. Op deze manier is piekeren onmisbaar bij het nadenken over de toekomst.

Piekeren wordt een belasting wanneer je er in blijft ‘hangen’ en je gedachten maar rondjes blijven draaien. Je voelt je machteloos overgeleverd aan de situatie en blijft nachtenlang malen. Het leidt dan niet tot oplossingen en kost veel energie. Het gevolg daarvan kan zijn dat het piekeren zelf een probleem wordt: je gaat piekeren over het piekeren.

Waarover piekeren we?

Uit onderzoek blijkt dat:

  • 40% van het piekeren gaat over dingen die zich nooit zullen voordoen;
  • 30% gaat over zaken die in het verleden plaatsvonden;
  • 22% gaat over onbelangrijke dingen die de moeite niet waard zijn;
  • 4% gaat over zaken waar je niets aan kunt doen en
  • 4% gaat over dingen waar je wel invloed op hebt.

Dus 96% van al onze ‘piekertijd’ maken we ons druk over dingen die nooit zullen gebeuren of al gebeurd zijn, onbelangrijke dingen en dingen waar we geen invloed op hebben.

Vijf manieren om piekeren te verminderen

Goed om te weten maar daarmee stop je niet meteen met piekeren. Hieronder vind je vijf verschillende manieren om het piekeren te verminderen. Onderzoek welke manier het beste bij jou past.

Elastiekje

Het is vaak ongemerkt dat je aan het piekeren slaat. Door je er bewust van te worden, kun je de gewoonte gaan veranderen. De oefening het elastiekje maakt je bewust van wanneer en hoe vaak je piekert.

Draag een elastiekje om je pols. Zorg ervoor dat het elastiekje niet te strak zit. Merk je dat je gaat piekeren? Trek dan zachtjes aan het elastiekje en laat het tegen je pols tikken. Of doe iedere keer dat je piekert het elastiekje om je andere pols. Dat kan je gedachten even stoppen. Probeer daarna aan iets anders te denken, iets positiefs.

Piekersessies

Las gedurende een paar weken elke dag op een vast tijdstip een ‘piekersessie’ in. Schrijf de situatie op waarin je piekert, wat de aanleiding is, waarover je piekert en welke gedachten je over het piekeren hebt.

Analyseer of je niet te streng bent op jezelf, of je wel controle hebt over datgene waarover je piekert en vraag je af of het wel klopt wat je denkt.

Maak het concreet

Een andere belangrijke manier om oplossingsgericht te piekeren, is door het zo concreet mogelijk te maken.  Want alleen dan kun je tot oplossingen komen.  Wat is het probleem? Hoe definieer je dat? Wat kun je er aan doen? En vooral ook: wat kun je er niet aan doen?

Afleiding zoeken

Afleiding zoeken, kan je helpen om minder te piekeren. Oefen hiermee en ontdek of het jou helpt. Bedenk eerst welke dingen je afleiding kunnen geven. Voorbeelden zijn: denken aan een fijne herinnering, een liedje zingen, puzzelen, tv kijken of lezen. Wanneer je merkt dat je aan het piekeren bent, ga je doen wat je je voorgenomen had. Hou dit minimaal een week vol.

Ontspanningsoefeningen

Leer jezelf te ontspannen. Bijvoorbeeld met de volgende ademhalingsoefening.

Ga zitten op een stoel en leg je hand op je buik, net onder je navel. Voel hoe je buik op en neer beweegt bij iedere ademhaling. Adem nu langzaam in en hou je adem drie tellen vast. Adem vervolgens langzaam uit en hou je adem wederom drie tellen vast. Daarna begin je weer overnieuw. Haal rustig en diep adem en doe dit ongeveer 1 minuut.

Bronnen:

Voor het schrijven van dit artikel heb ik de volgende informatiebronnen gebruikt: